Marcus 1,14-20
- Vertaling: Societas Hebraica Amstelodamensis
- voor 25 januari 2009: 3e van Epifanie (B-jaar)
- uit Marcus: Marcus 1,14-20
Na de verzoeking in de woestijn, spiritualiteit in de woestijn, die Theo de Boer zo prachtig heeft beschreven in een gelijknamig artikel in zijn bundel Langs de gewesten van het zijn, 1996 — is de geest in de gestalte van een duif op Jezus neergedaald, ‘jij bent mijn zoon’ — gaat Jezus, in dat spoor, leven, maar niet alleen:
Noten
-
‘paradidomi’ (dus niet direct gevangennemen, NBV) komt bijna 20x voor in Marcus, 7x in hoofdstuk 14; een ‘spoorwoord’ in negatieven en positieve zin van ‘overleveren’.↩︎
-
in vs 14 en 15: ‘euaggelion’: evangelie? ‘goede nieuws’ in NBV dus liever niet, ‘de aankondiging van God’ bij Oussoren? Ik kies voor ‘de goede woorden van God’.↩︎
-
‘kairos’: de tijd? De vertaling ‘moment’ verwijst ook naar het Latijnse woord momentum: beweegkracht, beweging, wat in beweging gekomen is. En waarop dan niet ‘rijp’ ook nog uit kairos?↩︎
-
‘metanoeite’: ‘bekeert’ vertaalt Oussoren, ‘kom tot inkeer’ in de NBV; dat kan; Of: keer om, denk-om, denk anders.↩︎
-
in vs 16 en 19: het belang van de menselijke relatie, zoals in Genesis: de mens staat niet alleen, man-vrouw, man-broer, man-vriend, en dezelfde relaties vanuit de vrouw.↩︎
-
‘deute’: 3x in Marcus: hier, kom achter hem aankomen; kom, naar een eenzame plek; en in een gelijkenis: kom, we gaan de erfgenaam doden.↩︎