Matteüs 21,23-32
- Vertaling: Frank Wiersma
- voor 28 september 2014: 2e van de herfst (A-jaar)
- uit Matteüs: Matteüs 21,23-32
de bevoegdheid die naar de weg der gerechtigheid leidt
Noten
-
didaskonti↩︎
-
er is er eigenlijk maar één: Kajafas,Mat 26:57↩︎
-
eksousia↩︎
-
kai i.i.t. Mk en Lk:↩︎
-
cf. Joh.2:18-19↩︎
-
kagoo 2x allen bij Mt↩︎
-
cf. Mat3:7-12↩︎
-
pothen cf. Mat13:54↩︎
-
Breukelman over ‘ouranou’: Om het levende woord↩︎
-
tekna; cf. Ex4: 22 en Hos11:1↩︎
-
upagoo; cf. Mat8: 4, 18: 15, 19: 21; 27: 65; 28: 10↩︎
-
meron: heden, nu, vandaag, i.t.t. usteron: later in vers 30↩︎
-
cf Sirach 3: 7↩︎
-
usteron: op het laatst, i.t.t. meron: vandaag, nu, in vers 28↩︎
-
precies omgedraaide versie: de eerste zegt nee, maar gaat wel en tweede zegt ja, maar gaat niet, zo vlgs. o.a. Diatesseron 167-169, kerkvaders Origenes, Eusebius, Hilarius, Cyrillus en Chrysostomos. Sluit aan bij joodse gelijkenis waarbij alleen Israel de Thora aanneemt en de andere volken niet: ze zeiden ja, maar deden het niet↩︎
-
poieo als kernwoord, Mat7:21-27; 19: 16; 20:1-16; 23:3↩︎
-
cf. Mat7: 21 en 12: 50↩︎
-
proagousin, praesens, het is gaande↩︎
-
cf. Mat3:13-17; 9:14-15; 11:7-15↩︎
-
Mat3: 15↩︎
-
tot driemaal toe sprake van vertrouwen op/in Johannes na 21: 25: vertrouwen hebben in de weg der gerechtigheid die door Johannes is duidelijk geworden↩︎
-
metmelomai: zich bedenken, spijt hebben, minder radicaal dan metanoeo, bekeren↩︎