Matteüs 21,33-46

 


Nog een gelijkenis

33
Luister naar een andere gelijkenis.
34
Toen de tijd van de vruchten5 naderde,
35
En de landbouwers grepen zijn knechten,
36
Weer stuurde hij knechten, andere, meer dan de eersten,
37
Als laatste6 stuurde hij zijn zoon naar hen toe,
38
Maar toen de landbouwers de zoon zagen,
39
En ze grepen hem,
40
Wanneer nu de heer10 van de wijngaard komt,
41
Ze zeggen tegen hem:
42
Daarop zegt Jezus tegen hen:
43
Daarom zeg ik u:
44
Wie over die steen valt17 zal verbrijzeld18 worden
45
Toen de overpriesters en de Farizeeën zijn gelijkenissen hoorden,
46
Ze wilden hem vastnemen,
 

Noten

  1. verdwenen in de NBV↩︎

  2. NBV `landheer´↩︎

  3. staat er letterlijk en is zinrijk↩︎

  4. ook letterlijk, veelzeggender dan `ging op reis´ (NBV)↩︎

  5. dit wezenlijke woord ontbreekt hier in de NBV↩︎

  6. `tenslotte´ (NBV) kan ook, maar is minder persoonlijk↩︎

  7. `met de gedachte´ (NBV) miskent de bijbelse verteltrant↩︎

  8. voor `ontzag hebben´ (NBV) heeft het bijbelGrieks een ander woord↩︎

  9. waarom vertaalt de NBV met het zelfbedachte `opstrijken´? `hebben´ is sterk genoeg↩︎

  10. met `eigenaar´ verduistert de NBV weer een bijbels grondwoord↩︎

  11. is onheilspellender dan `moet´ (NBV)↩︎

  12. `onmensen´ (NBV)?↩︎

  13. 2 x `kakos´↩︎

  14. pendant van `uitgeven´↩︎

  15. `dankzij´ (NBV)↩︎

  16. de ogen zijn verdwenen in de NBV↩︎

  17. meer dan `struikelt´ (NBV)↩︎

  18. sterker dan `gebroken´ (NBV)↩︎

  19. waarom voegt de NBV in `de reactie van´?↩︎

Scroll naar boven