Marcus 6,30-40

 


30
En de apostelen kwamen samen bij Jezus
en berichtten hem alles
wat ze hadden gedaan
en wat ze hadden onderricht.
31
Hij zegt tot hen:
komen jullie nu zelf eens alleen
naar een afgelegen plek en rust wat.
Want het waren er veel die kwamen en gingen
en zelfs was er geen goed moment om te eten.
32
En ze gingen in de boot weg
naar een afgelegen plek, alleen.
33
En men zag hen weggaan
— velen bemerkten het —
en te voet uit alle steden
liepen ze daar samen heen
en waren er vóór hen.
34
Hij ging eruit
en zag een talrijke menigte
en werd met ontferming over hen bewogen,
want ze waren als schapen die geen herder hebben1,
en hij begon hen veel te leren.
35
En toen het reeds laat geworden was,
kwamen zijn leerlingen tot hem en zeiden:
Afgelegen is de plek
en het is reeds laat;
36
laat ze gaan,
zodat ze naar de gehuchten rondom
en naar de dorpen kunnen gaan
om iets te eten te kopen.
37
Hij antwoordde en zei tot hen:
Geven jullie hen te eten!
En ze zeiden tot hem:
Moeten wij dan weggaan
en voor 200 dinar broden kopen
en hen te eten geven?
38
En hij zei tot hen:
Hoeveel broden hebben jullie?
Ga eens kijken!
Ze gingen het na en zeiden:
Vijf, en twee vissen.
39
En hij droeg hen op
dat allen moesten gaan liggen in eetgroepen,
op het groene gras.
40
En ze zetten zich neer
in groepen van 100 en 50.
 

Noten

  1. citaat uit Numeri 27:17.↩︎

Scroll naar boven