Joël 2,12-19

 


Keer terug!

12
Maar ook nu — godsspraak van JHWH —
keer terug tot mij met heel je hart,
vastend, treurend en rouwend.
13
Scheur je hart, en niet je kleren
en keer terug naar JHWH, je god.
Voorwaar, genadig en barmhartig is hij,
terughoudend in zijn toorn en vol solidariteit.
Hij betreurt het kwaad.
14
Wie weet, zal hij erop terugkomen,
het betreuren
en een zegen achter zich laten resteren,
een spijsoffer, een plengoffer voor JHWH, jullie god.
15
Blaas de sjofar in Sion,
heilig een vasten,
roep op tot een plechtige samenkomst.
16
Verzamel het volk,
heilig de gemeenschap.
Breng de oudsten bijeen
en verzamel de kinderen die nog gezoogd worden.
Laat de bruidegom zijn kamer uitkomen,
de bruid uit haar bruidsvertrek.
17
En tussen de voorhal en het altaar:
laat de priesters treuren,
— zij die aangesteld zijn voor JHWH —
en zeggen:
Spaar toch JHWH, uw volk
en geef uw erfdeel niet over aan de smaad
van het heersen der heidenen over hen.
Waarom zou men zeggen onder de volken:
Waar is hun god?
18
JHWH zal het opnemen voor zijn land
en mededogen hebben met zijn volk.
19
JHWH zal antwoorden en tot zijn volk zeggen:
Hier ben ik, die jullie koren, most en olijfolie zend.
Je zult je eraan verzadigen
En ik zal jullie niet nog eens overgeven
aan de smaad onder de heidenen.
 
Scroll naar boven