Marcus 6,1-6

 


Nadat Jezus het dochtertje van jaïrus heeft doet opstaan – dit verhaal zegt alles over de synagoge, Israël, de bar mitswa, je bekennen tot torah, tot een manier van leven – bezoekt hij zijn vaderstad. Het bezoek van Jezus aan zijn ´patris´ (Nazareth wordt niet genoemd) is een bevreemdend gebeuren, geschiedenis. De mensen van zijn vaderstad zijn verbijsterd over zijn wijsheid en krachten, Jezus daarentegen juist over zijn onmacht tot handelen. Deze bevreemding (in het eigen huis: sabbat, synagoge) leidt bij de één tot ergernis, bij de ander tot verwondering.

1
Hij1 vertrok vandaar
en komt in zijn vaderstad.2
Zijn leerlingen volgen hem.
2
Toen de sabbat aanbrak,
begon hij te onderrichten in de synagoge.
Velen, die hem hoorden, waren verbijsterd.
Ze zeiden:
Waar heeft hij deze dingen vandaan?
Wat voor een wijsheid is dat
die hem is gegeven?3
En dan die krachten4
die door zijn handen geschieden?5
3
Is hij niet de timmerman, de zoon van Maria,
de broer van Jacob en Joses en Juda en Simon?
En wonen ook zijn zusters niet hier bij ons?
En ze namen aanstoot aan hem.
4
Jezus zei tot hen:
Een profeet is niet ongeëerd6
behalve in zijn vaderstad, onder zijn familie en in eigen huis!
5
Hij kon daar geen enkele daad van kracht doen,
behalve aan enkele zieken, die hij door handoplegging genas.7
6
Hij verwonderde zich8 over hun wantrouwen.9
Hij ging de dorpen eromheen rond
en gaf onderricht.
 

Noten

  1. Voor de vertaling heb ik me gebaseerd op de vertaling van Leen de Ronde in 2009 en die door Dirk Monshouwer in 2007.↩︎

  2. Vaderstad of vaderland, Marcus noemt Nazaret niet, Matteüs ook niet in 13,53-58, Lucas wel in 4, 16-30. De context en situatie wijzen wel in de richting van Nazaret, dus ‘vaderstad’. Ook Murre laat de mogelijkheid vaderstad open, m.n. in Mt 13:54,57; Mc 6:1,4; Lc 4:23,24. Maar, met Frans Wiersma, de wezenlijke vraag is: waar is Jezus eigenlijk thuis?↩︎

  3. Leen de Ronde vertaalt met “wie heeft hem de wijsheid gegeven …”, maar tis hoort hier m.i. bij sophia.↩︎

  4. dunameis geef ik liever met ‘krachten’ weer dan zoals in Willibrord, NBV met ‘wonderen’.↩︎

  5. Zoals in NB, mooier dan ‘gebeuren’, en wanneer Jezus iets doet, maakt hij toch wel geschiedenis…, zegt Frans Wiersma.↩︎

  6. NBV: Nergens wordt een profeet zo miskend als … NB: een profeet blijft nooit ongeacht, behalve … Willibrord: Een profeet wordt overal geëerd …↩︎

  7. NBV: Hij kon daar geen enkel wonder doen … Of: Ook was hij daar niet bij machte enige kracht te doen, behalve voor een paar zwakkeren, die hij de handen oplegde en genas.↩︎

  8. NBV: Hij stond verbaasd over↩︎

  9. Of: gebrek aan vertrouwen voor apistia, liever dan ongeloof.↩︎

Scroll naar boven