1 Petrus 3,8-17

 


zegen beerven

I Petrus 3:8-17

8
Tenslotte: wees allen eendrachtig,
meevoelend in liefde als broeders en zusters,
barmhartig en nederig gezind,
9
geen kwaad met kwaad
of smaad met smaad vergeldend,
integendeel: zegenend,
want daartoe zijn jullie geroepen,
opdat jullie ook zegen zullen beërven.
10
Want:
´wie genegen is het leven lief te hebben
en goede dagen wil zien,
weerhoude de tong van kwaad
en zijn lippen van leugenpraat.
11
Die wendt zich af van het kwaad
en doet het goede,
om vrede te zoeken
en haar achterna te jagen.
12
Want de ogen van de HEER zijn over de rechtvaardigen,
zijn oren tot hun gebed,
het aangezicht van de HEER is tegen kwaaddoeners.´
 
13
En wie zal jullie kwaad doen,
als jullie ijveraars zijn geworden voor het goede ?
14
Maar ook al zouden jullie toch moeten lijden
vanwege de gerechtigheid,
gelukkig ben je.
15
Laten zij met hun eigen vrees
jullie niet bevreesd maken,
noch in verwarring brengen,
maar heilig Christus in jullie harten als Heer,
altijd bereid tot verantwoording
van de hoop die in je is
aan een ieder die jullie om rekenschap vraagt.
16
Maar (doe dit) met nederigheid en vreze,
en houdt een goed geweten
zodat, wanneer zij kwaadspreken,
zij beschaamd worden,
die uw goede wandel in Christus te schande maken.
17
Want het is beter,
indien de wil van God zo is,
te lijden terwijl je goed doet,
dan terwijl je kwaad doet.
 
Scroll naar boven