Matteüs 21,23-32

 


Jezus keert de machtsvraag om

Mattheüs 21 : 23-32

23
En toen hij gekomen was in de tempel
kwamen bij hem – terwijl hij onderricht gaf –
de overpriesters en de oudsten van het volk,
ze zeiden:
Met welk gezag1 doet u dit?
En wie heeft u dat gezag gegeven?!
24
Maar Jezus zei ten antwoord tegen hen :
Ik zal u ook één2 uitspraak3 vragen,
en als u mij dat zegt
zal ook ik u zeggen met welk gezag ik dit doe:
25
de doop, die van Johannes4 – van waar5 was die?
uit de hemel of uit de mensen?
Zij overlegden onder elkaar,
ze zeiden:
Als we zeggen: uit de hemel,
zal hij tegen ons zeggen: waarom heb je hem dan niet geloofd?!
26
Maar als we zeggen: uit de mensen,
vrezen6 wij de menigte7,
want allemaal houden ze hem voor een profeet, die Johannes…!
27
En ze zeiden ten antwoord tegen Jezus:
Wij weten ’t niet!
Toen zei ook hij tegen hen:
Dan zeg ik8 u evenmin
met welk gezag ik dit doe!
28
Maar wat denkt u hiervan?
Een mens9 had twee kinderen10 .
Hij kwam bij de eerste,
hij zei:
Kind11, ga heen, werk vandaag in de wijngaard!
29
Maar hij12, hij13 zei ten antwoord:
Ik wil niet!
maar later, tot inkeer gekomen14, ging hij wel!
30
En hij15 kwam16 bij de ander, hij zei hetzelfde.
Maar hij17, hij zei ten antwoord:
Hier ben ik, heer!18
en hij ging toch niet!
31
Wie van de twee heeft de wil van de vader gedaan?
Ze zeggen:
De eerste!
Dan zegt Jezus tegen hen:
Amen, ik zeg u:
de tollenaars en de hoeren zullen voor u uit trekken,
het koninkrijk van God binnen!
32
Want Johannes is naar u toe gekomen,
op de weg van gerechtigheid19,
en u hebt hem niet geloofd,
maar de tollenaars en de hoeren hebben hem geloofd –
maar u hebt dat gezien, en bent toch niet later20 tot inkeer gekomen
om hem wel te gaan geloven…!
 

Noten

  1. zo Naardense Bijbel; ‘bevoegdheid’ (NBV) is te weinig↩︎

  2. met nadruk ‘één’↩︎

  3. zo NB, vertaling van ‘logos’↩︎

  4. zo vertaalt Naastepad (‘Acht gelijkenissen’) het ‘to’ voorafgaand aan Johannes↩︎

  5. NBV ‘in wiens opdracht’↩︎

  6. NBV ‘krijgen we over ons heen’, is wel erg parafraserend↩︎

  7. NBV ‘volk’ – dat had Mattheus ook kunnen schrijven, maar heeft hij niet gedaan↩︎

  8. met nadruk↩︎

  9. de NBV maakt van ’een mens’ ‘ iemand’ – waarom?↩︎

  10. waarom maakt de NBV er ‘zonen’ van? onnodig sexisme!↩︎

  11. nu vertaalt de NBV ‘Jongen’ – verder op de weg van het sexisme…↩︎

  12. een onverwacht antwoord!↩︎

  13. om vooral duidelijk te zijn vult de NBV hier ‘de zoon’ in, weer een extra mannelijk woord dat niet zo in de grondtekst staat!↩︎

  14. NBV: ‘bedacht hij zich’, mist de notie van omkeer en berouw↩︎

  15. niet te geloven, daar heeft de NBV ‘de man’…!↩︎

  16. verdwenen in de NBV↩︎

  17. weer een verrassing!, na het antwoord van de eerste↩︎

  18. de NBV maakt er ‘vader’ van; ‘heer’ klinkt ons vreemd in oren, maar drukt in bijbelse tijden de bestaande verhoudingen uit↩︎

  19. NBV ‘Johannes koos de weg van de gerechtigheid’, voert daarmee een notie van ‘kiezen’ in, die niet in de grondtekst staat↩︎

  20. verdwenen in de NBV↩︎

Scroll naar boven