Romeinen 9,1-5

 


1
Waarheid spreek ik,
één met Christus lieg ik niet,
terwijl één met de heilige Geest
mijn mede-geweten het medebetuigt:
2
dat er bij mij grote droefheid is
en een niet aflatende pijn in mijn hart.
3
Want ik heb gebeden
dat ik vervloekt mocht zijn,
ikzelf los van de Gezalfde
ter wille van mijn broeders-en-zusters,
naar vlees-en-bloed mijn medegeborenen;
4
zij zijn Israëlieten, van hen zijn
de aanneming tot zonen-en-dochters,
de heerlijkheid, de verbonden, de wetgeving,
de eredienst en de aankondigingen;
5
van hen zijn de vaderen
en uit hen is de Gezalfde,
naar vlees-en-bloed,-
die over allen God is,
te zegenen tot in de eeuwigheden.
Amen.
Scroll naar boven