Exodus 33,12-23

 


12
Mozes zei tot JHWH:
Zie toch in: u heeft zelf tot mij gezegd:
“Laat dit volk optrekken”
maar u heeft me niet bekend gemaakt
wie u met mij mee zult zenden,
terwijl u gezegd heeft:
“Ik ken je bij name
ook heb je genade gevonden in mijn ogen.”
13
Welnu, als ik dan genade heb gevonden in uw ogen
maak me toch uw wegen bekend
zodat ik u ken
opdat ik genade vind in uw ogen;
zie in dat deze natie uw volk is.
14
Toen zei hij:
Moet mijn aangezicht dan meegaan en je rust geven?!
15
Hij zei tot hem:
Als uw aangezicht niet meegaat
laat ons niet hiervandaan optrekken.
16
Hoe kan men dan weten
dat ik genade heb gevonden in uw ogen
ik en uw volk
als u niet met ons meegaat
en wij, ik en uw volk, [daardoor] afgezonderd zijn
van alle volkeren op de aardbodem?
17
JHWH zei tot Mozes:
Ook deze zaak waarover je gesproken hebt, zal ik volbrengen,
omdat je genade hebt gevonden in mijn ogen
en ik je bij name ken.
18
Hij zei:
Laat me toch uw heerlijkheid zien
19
Hij zei:
Ik zal zelf al mijn goedheid aan je aangezicht voorbij laten gaan
ik zal de naam JHWH voor je aangezicht uitroepen,
namelijk1
Ik zal genadig zijn voor degene voor wie ik genadig ben
en me ontfermen over degene over wie ik mij ontferm.
20
Hij zei [voorts]
Je zult mijn aangezicht niet kunnen zien,
want geen mens kan mij zien en in leven blijven.
22
Het zal geschieden als mijn heerlijkheid voorbijtrekt
dat ik je in de rotsholte neerzet.
Ik zal je met mijn handpalm afdekken tot ik voorbij ben gegaan.
23
Dan zal ik mijn handpalm wegdoen
en jij zult mijn achterkant zien,
maar mijn aangezicht zal niet gezien worden.
 

Noten

  1. veel vertalingen voegen hier een dubbele punt in↩︎

Scroll naar boven