Jeremia 32,1-15.26-29.36-44

Inleiding

Jeremia 32 is qua compositie en redactiegeschiedenis een tamelijk ingewikkelde tekst. Je kunt dat al met één oogopslag zien, wanneer je er de tekst van de Septuaginta naast legt. Juist vanwege die complexiteit zie ik ervan af om nader op de zaken in te gaan. Raadpleeg twee of drie commentaren en je begrijpt wel waarom.

Vertaling

1
Het woord dat van Jhwh tot Jeremia kwam in het tiende jaar van Sedekia, de koning van Juda;
dat was het achttiende jaar van Nebukadnessar.
2
Toentertijd had het leger van de koning van Babel het beleg geslagen om Jeruzalem
en werd Jeremia, de profeet, gevangen gehouden
in de hof van de wacht die bij het paleis van de koning hoort.
3
Sedekia, de koning van Juda, had hem gevangengezet, met als verklaring:1
‘Waarom profeteer jij:
“Zo spreekt Jhwh:
‘Zie, ik geef deze stad in handen van de koning van Babel;
hij zal haar innemen
4
en Sedekia, de koning van Juda, zal niet ontkomen aan de hand van de Chaldeeën;
ja, hij zal zeker in handen van de koning van Babel worden gegeven;
zijn mond zal spreken tot diens mond,
en zijn ogen zullen diens ogen zien.
5
Naar Babel zal hij Sedekia overbrengen
en daar zal hij blijven tot ik mij om hem zal bekommeren — verklaring van Jhwh
Wanneer jullie oorlog voeren tegen de Chaldeeën,
zullen jullie geen succes hebben’.
6
Jeremia zei:
‘Het woord van Jhwh kwam tot mij:
7
“Zie Chanamel, de zoon van je oom Sallum is naar je op weg met de boodschap:2
‘Koop jij mijn akker in Anatot,
want jij hebt het recht van lossing tot aankopen.”3
8
Chanamel, de zoon van mijn oom, kwam naar mij toe — conform het woord van Jhwh
in de hof van de wacht
en zei tot mij:
“Koop toch mijn akker in Anatot in het gebied van Benjamin,
want jij hebt het recht van eigendom en van lossing.
Koop hem.”
Toen begreep ik dat dit het woord van Jhwh was.
9
Ik kocht dus de akker van Chanamel, de zoon van mijn oom, in Anatot;
Ik woog hem het zilver af, zeventien sikkels.
10
Ik stelde een document op4, verzegelde het, riep er getuigen bij
en woog het zilver op een weegschaal.
11
Ik pakte het document van de koop,
zowel het verzegelde, wettelijk voorgeschreven [exemplaar] als het openbare
12
en gaf het document van de koop aan Baruch, de zoon van Neria, de zoon van Machseja
ten overstaan van Chanamel [de zoon van] mijn oom,
ten overstaan van de getuigen die het document van de koop hadden ondertekend
en ten overstaan van alle Judeeërs die zich in de hof van de wacht bevonden.
13
Ten overstaan van hen gaf ik Baruch de opdracht:
14
“Zo spreekt Jhwh van de hemelse machten, de God van Israël:
Neem deze documenten, het verzegelde document van deze koop en dit openbare document
en leg ze in een vat van aardewerk,
opdat ze lange tijd bewaard blijven.’5
15
“Want zo spreekt Jhwh van de hemelse machten, de God van Israël:
‘Er zullen weer huizen, akkers en wijngaarden worden gekocht in dit land’.
26
Het woord van Jhwh kwam tot Jeremia:
27
‘Zie, ik ben Jhwh, de God van alle leven;6
Is voor mij iets te moeilijk?
28
Daarom, zo spreekt Jhwh:
“Ik geef deze stad in handen van de Chaldeeën
en in handen van Nebukadressar, de koning van Babel;
hij zal haar innemen.
29
De Chaldeeën die oorlog voeren tegen deze stad zullen komen
om de stad in brand te steken en plat te branden,
samen met de huizen waar men op de daken voor de Baal rookoffers heeft ontstoken
en plengoffers heeft uitgegoten voor vreemde goden
waarmee men mij heeft beledigd.”7
36
Welnu, zo spreekt Jhwh, de God van Israël over deze stad waarvan jullie zeggen:
“Ze is in handen van de koning van Babel gevallen
vanwege het zwaard, de honger en de pest.’
37
Zie, ik zal hen bijeenbrengen uit alle landen
waarheen ik hen in mijn woede, toorn en grote ergernis heb verstrooid.
Ik zal hen terugbrengen naar deze plaats
en hen in veiligheid laten wonen.
38
Zij zullen mijn volk zijn en ik hun God.
39
Ik zal hun één hart en één weg geven,
zodat ze voor altijd8 ontzag voor mij zullen hebben
en het hun en hun kinderen na hen goed zal gaan.
40
Ik zal met hen een eeuwige verbintenis aangaan die inhoudt
dat ik mij niet van hen zal afkeren,
maar goed voor hen zal zorgen.
Ik zal ontzag voor mij in hun hart leggen,
zodat ze mij niet zullen verlaten.
41
Ik zal mij over hen verblijden
en goed voor hen zorgen
en hen met heel mijn hart en heel mijn vermogen voor altijd in dit land planten.”
42
Want zo spreekt Jhwh:
“Zoals ik over dit volk al dit grote kwaad heb aangericht,9
zo zal ik over hen al het goede brengen waarover ik [nu] tot hen spreek.
43
Er zal weer een akker worden gekocht in dit land waarvan jullie zeggen:
“Het is een woestenij zonder mens of vee,
het is in handen van de Chaldeeën gevallen.”
44
Akkers zullen worden gekocht voor zilver, contracten opgesteld en verzegeld,
getuigen erbij worden geroepen in het gebied van Benjamin, in de contreien van Jeruzalem,
in de steden van Juda, in de steden op het gebergte,
in de steden op de vlakte en in de steden van de Negev,
want ik zal hun gevangenschap ten goede keren.”10
Orakel van Jhwh.

Noten

  1. ‘Met als verklaring’ is de weergave van לאמר..↩︎
  2. ‘Met de boodschap’ is de weergave van לאמר↩︎
  3. ‘Koop jij’. Letterlijk: ‘Koop voor jezelf’.↩︎
  4. Letterlijk: ‘Ik schreef in een brief/document’.↩︎
  5. ‘Lange tijd’. Letterlijk: ‘Vele dagen’.↩︎
  6. ‘Alle leven’. Letterlijk: ‘alle vlees’.↩︎
  7. ‘Waar men op de daken …’. Ik heb hier steeds ‘men’ in plaats van ‘zij’ gebruikt, omdat anders de suggestie zou kunnen ontstaan dat de Chaldeeën er rookoffers en plengoffers hebben uitgevoerd, terwijl het uiteraard gaat om het afgoden-gedrag van de inwoners van Jeruzalem.↩︎
  8. ‘Voor altijd’. Letterlijk ‘alle dagen’.↩︎
  9. ‘Aangericht’. Letterlijk: ‘heb doen komen’.↩︎
  10. Er is discussie over de kwestie of שבות ‘gevangenschap’ betekent (altijd in combinatie met שוב)), dan wel ‘herstel’ of ‘bestraffing’.↩︎
Scroll naar boven